taarn en verlichtten daarmede de stoep zoo
wel als de straat. In het Grachtenboek van
Caspar Philips zijn langs de Heerengracht
124 gevellantaarns geteekend, langs de Kei
zersgracht 103 en slechts 2 aan de Brou
wersgracht. Daaruit blijkt opnieuw dat de
gevellantaarns bij deftige huizen behooren.
De gevellantaarn ging in vormgeving met
den stijl van den tijd mede. De hoofdvorm
bleef, een zware ijzeren arm met krullen en
sieraad en dwars daarop een laddersteun,
die ongeveer 2Yz m boven de straat is. Het
is de moeite waard deze laddersteunen te
bezien, hoe goed ze zijn. Het laddertje, be-
noodigd om de lamp in en uit te nemen voor
vullen en schoonmaken, kon niet omvallen.
De lantaarns zijn veelal vierkant, boven
breed, onder smal, evenals de straatlan
taarns. Dat gaf de minste schaduw. Ze staan
meestal op den arm, maar later hangen ze in
een groot vierkant oog. Aan tal van oude
huizen ziet men deze armen, maar zonder
lantaarns, met een groot ledig lantaarnoog
of met een bout, die gediend heeft voor be
vestiging van de lantaarn.
Dergelijke lantaarns hingen ook wel aan
touwen, midden boven den weg. De boven
kant was met een spiegel. Dat waren reuer-
bères. Toen ze vervangen werden door gas-
73
