rijder. Dit wordt in den regel onderschat in tijden van
het jaar, waarin mist of nevel weinig optreedt en bij
droog weer het wegdek voldoende afsteekt bij de
bermen. Ook de beschutting tegen zon en wind kan
onder omstandigheden op het credit van de laan
beplanting worden geboekt. Deze voordeelen komen
vooral wielrijders en wandelaars ten goede, maar ook
den autobestuurder, als bij lagen stand de zon hem het
uitzicht bemoeilijkt. Schaduw op den weg doet ook
weldadig aan, indien een licht gekleurd wegdek fel
wordt belicht.
Wegbeplantingen kunnen ook voor de defensie van
groot belang zijn, doordat deze het verkeer op wegen,
welke dienst moeten doen voor militair vervoer, mas-
keeren, in het bijzonder uit de lucht gezien. Dichte
aaneengesloten boomkruinen, welke den weg zoo veel
mogelijk overkoepelen, zijn in dit geval het meest
doeltreffend.
Over de voordeelen van de laanbeplantingen zal in
dit verband niet verder worden uitgewijd. Voor den
weggebruiker zal in het algemeen de schoonheid wel
hoofdzaak zijn. In het bijzonder geldt dit voor den
toerist, voor wien toch veelal niet het einde der reis
het doel is, doch de reis zelf.
Op welke wijze kunnen de bezwaren worden onder
vangen, welke dichte boomenrijen opleveren door be
lemmering van het uitzicht op het den weg omgevende
landschap en door vermindering van de veiligheid
van het verkeer?
Een logisch antwoord op deze vraag isdoor geen
beplanting aan te brengen. Hoewel onder bijzondere
omstandigheden deze oplossing moet worden aanvaard
en er voorstanders van boomlooze wegen zijn, mag
niet uit het oog worden verloren, dat bij de keuze van
deze radicale oplossing ook de voordeelen prijs wor
den gegeven.
De zooeven gestelde vraag is echter veel te algemeen.
33
3
