de bekroning met het wapen van Hoorn. Door onna
denkendheid is bij de restauratie de bekroning, die
boven St. Joris stond, geplaatst boven St. Sebastiaan,
zoodat St. Sebastiaan twee jaartallen rijk is en St. Joris
geen een.
Het gedeelte van den Doelen van 1648, dat we
reeds noemden, moet nog even van naderbij bekeken
worden. Met dit gedateerde gebouw (het jaartal staat
op den achtergevel) wordt een periode afgesloten,
waarin de openbare gebouwen in het algemeen nog
voorzien werden van topgevels van bak- en natuursteen
of in enkele gevallen geheel van natuursteen. In het
vredesjaar 1648 is aan den Doelen veel gedaan, er
wordt zelfs gesproken over vernieuwd. In de Resolu-
tien van Burgemeesteren en Vroedschappen leest men,
dat „ieder Vroedschap een glas sal geeven tot sijn eigen
„kosten, in de nieuwe Kamer die in de nieuwe doelen
„gemaakt wordt." Deze nieuwe kamer ligt achter den
gevel van 1648, ervoor staande links van den ingang.
Wij kennen dezen mooien gevel met zijn over twee
verdiepingen doorloopende pilasters bekroond met
kapiteelen, die een variatie op de Ionische orde zijn,
van het reeds genoemde teekeningetje van G. Pronk
van 1727. (Zie tegenover blz. 49)Thans is de top eraf,
de over de beneden en eerste verdieping doorloopende
pilasters zijn nog aanwezig. Van de bij Pronk getee-
kende festoenen is niets meer te vinden. De mooie in
drieën verdeelde vensters hebben natuurlijk in de 18e
eeuw plaats moeten maken voor de leelijke, die er nu
nog in zitten.
Het besluit van Burgemeesteren en Vroedschappen van
15 Juli 1648 om in de nieuwe kamer glas te geven,
zal wel verband houden met het sluiten van den vrede
van Munster óp 15 Mei 1648. Ook zal hiermee samen
hangen de opdracht aan Jan Albertsz. Rotius voor het
schilderen der groote schutterstukken, de vier vendels,
77