plaats gevonden, was het niet noodig veel te vernieu
wen. Onder het pannendak, dat in de ige eeuw over
alles heen was gemaakt, bevond zich nog het oude
typische kapje zooals het thans is, met een verdeeling
in vieren op een halven cirkel, die overgaat in een
verdeeling in achten. Aan den weergang boven be
hoefde totaal niets veranderd te worden. Beneden was
op 50 cm. hoogte een betonnen vloer gelegd, die
kon worden weggebroken.Door dezen vloer was de dor
pel van den ingang ook 50 cm. hooger gebracht, als
gevolg waarvan ook het kalf zooveel hooger gekomen
was. Alle ramen en schietgaten waren dicht gemetseld,
maar op zulk een wijze, dat de profielen onbescha
digd warenhet was zelfs zoo, dat de duimen waar
aan de vensters draaien nog aanwezig waren, al waren
ze dan ook in een zeer slechten toestand. Uit de stuk
ken zandsteen van den ouden schoorsteen, die nog
afgehakt in den muur zaten, kon de tegenwoordige
schoorsteen gereconstrueerd worden. Zoo is er een
prachtig voorbeeld van een verdedigingswerk blijven
bestaan, waaraan heel weinig vernieuwd is. Het geheel
is zeer eenvoudig, de weergang is iets uitgebouwd en
rust op bogen met kraagsteenen. De profileering der
banden is nog zuiver middeleeuwsch. Zeer mooi is de
ingang met vensters ernaast. (Zie afb. blz. 39).
Typisch is, dat aan de zijkanten de tanden nog terug
te vinden zijn, waar de stadsmuur aan den toren sloot.
Als we in Zuidelijke richting de oude omwalling vol
gen, die in de 19e eeuw met boomen is beplant en
waar geen enkel overblijfsel uit de 16e eeuw meer
aanwezig is, dan krijgen we al spoedig den Hoofdtoren
te zien, die zoo'n mooie afsluiting aan den zeekant
vormt. (Zie afb. blz. 42). Deze havenverdediging is in
1532 tot stand gekomen. De geheele omgeving met
als middelpunt de Hoofdtoren is, niettegenstaande er
ook al storende bouwproducten verrezen zijn, nog
41