Synte Pieters Scheepje Mag hellen maar niet vergaen op gods woort blijf ick vast staen. Anno MDCCXXIII We noemden hierboven het Truydemanfonds en men zal zich afvragen, wie was die Truydeman? Volgens oude verhalen kwamen Truydeman, zijn vrouw, een knecht en een ezel omtrent 1426 uit zuidelijke streken te Hoorn aan om hier te blijven wonen t). Nooit is iets bekend geworden omtrent hun afkomst. Ze moe ten gewoond hebben waar tegenwoordig het huis Groote Oost no. 114 staat. Ter herinnering hieraan draagt de gevel nog een steen, waarop Truydeman en zijn wijf zijn voorgesteld, terwijl hij een aalmoes geeft. Hij was zeer rijk en moet de stichter zijn van het fonds, dat diende om de armen te bedeelen en om de Noor- derkerk te onderhouden. Het is thans gesplitst, een gedeelte is overgegaan aan de Nederl. Hervormde Ge meente, terwijl het andere deel nog dient voor schen kingen aan armen. Nog een enkel woord over de buitenzijde van de kerk, die er heel eenvoudig uitziet, baksteen afgewisseld door blokjes natuursteen en steunbeeren tusschen de ramen. Aan den westkant zijn drie even hooge topgevels, die de drie beuken afsluiten. Op het middelste dak staat aan de westzijde een sierlijk klokketorentje en loodrecht op den middengevel steekt een wijzerbord uit, dat niet alleen een aardig effect maakt, maar ook practisch is, doordat men op het Groote Noord van verre al zien kan hoe laat het is. (Zie afb. blz. 10). Onder aan de gevels rechts en links ziet men nog de oorspronkelijke ingangen, waarvan, door het steeds 1) Jacob Honig Jsz. Truydeman en zijn wijf. Eene West- Friesche Novelle. 30

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1943 | | pagina 34