Zuiden en Oosten de Kager Plassen, de Braassemer
en den Westeinder, in het Noordwesten het Spaar-
ne en de Liede's, in het Noordoosten het Nieuwe
Meer, aardig is de kronkelende ringvaart, dorps-
schoon ontbreekt er ook niet neen, zoo'n land
schap mag men niet verwaarloozen. Het bezit eigen
karakter, trouwens elk polderlandschap heeft zijn
eigen schoonheid. Innig mooi is het oude polder
landschap van Zeeland, op Walcheren bijvoor
beeld, waar de mooie begroeiing van meidoorns en
peppels zoo'n aesthetische vreugde verschaft.
Hoe wonderlijk is de schoonheid toegenomen, waar
de mensch dijken bouwde voor zijn lijfs- en be-
staansbehoud. Het zijn als het ware wandelwegen
voor het genieten van schoonheid geworden, waar
men ook komt. Toen de nieuwe verkeerswegen door
het lage Holland en Gelderland en overal elders,
die zoo hoog in het landschap liggen, er nog niet
waren, moest men zich tot de dijken bepalen om
ten volle de schoonheid van het polderlandschap in
zich te kunnen opnemen, tegenwoordig kan men het
van uit de auto en de fiets doen. De mensch schept
overal, dikwijls onbewust, landschappelijke schoon
heid dit mogen wij hier gerust beweren, hoeveel
hij elders door leelijke huizen, lintbebouwing, vuil
stortplaatsen en autobelten bederft.
De intieme schoonheid van het oude polderland
schap, bijvoorbeeld die van den Krimpenerwaard,
den Alblasserwaard, vindt men echter het vol
maaktst niet op de nieuwe verkeerswegen doch
langs de dijken en vaarten, die met elzen, wilgen,
16