57
een beetje vreemd, dat zij dagen lang „adverteeren",
eer de eigenlijke bloempjes zich openen en honig en
stuifmeel aanbieden. De Ligusters bloeien iets later,
ook met witte bloemen, enkele met gele (ook in den
Hof aanwezig).
Kamperfoelie hebben wij niet veel, maar toch al mooi
genoeg om uw aandacht te vragen voor de prachtige
bloemen, die in den avond al geurend open gaan en dan
twee dagen doormaken met alleraardigste bewegingen
van meeldraden en stijlen.
Kamperfoelie bloeit niet aan één stuk door, maar in
drie perioden, telkens onderbroken door eenige dagen
rust: eerst in Mei, dan in Juli en eindelijk nog eens in
September. Die derde bloei begint als de vruchten van
den eersten reeds lang rijp zijn en zoo ziet men dan
aan de plant alle toestanden van knopje af tot rijpe
roode vrucht.
In „slechte" zomers raakt de Kamperfoelie evenals
eenige andere planten de kluts kwijt, hij opent zijn
bloemen 's avonds niet goed op tijd en het mooie drie
tal bloeiperioden loopt in de war.
Heggerank hebben we overal. Een paar hebben we in
het „Studiebosch" nog eens afzonderlijk gemerkt: één
met mannelijke, één met vrouwelijke bloemen; want
deze Heggerank is alweer tweehuizig. Hij trekt voor
namelijk de aandacht door zijn klimpartijen: de ranken
die eerst, opgerold als horlogeveeren, verborgen zitten
tusschen de jonge bladeren en zich dan recht gaan
strekken tot een paar decimeter lang. Dan gaan ze lang
zaam rondwuiven tot ze een steuntje vinden, klemmen
zich daaraan vast, trekken zich als een kurketrekker
samen en hijschen zoo de plant omhoog. Dat gaat alle
maal vrij snel, zoodat ge in een kwartier al vordering
kunt bespeuren. Een echte snelgroeier, ook al in 't vroe
ge voorjaar, wanneer de grijs behaarde loten te voor
schijn komen uit de dikke knol, die in den grond ver
borgen zit.
Vlieren heb ik in den Hof nog niet heelemaal naar