camer" gelegen waren. 72) Het hoofdgebouw vorm
de met dezen oostvleugel een rechten hoek; in den
binnenhoek bevindt zich de onderbouw van een
ronden toren, welke waarschijnlijk werd aangelegd
met de bedoeling er een trap in aan te brengen.
De plattegrond der bebouwing van den heuveltop
vertoont dus een rechthoekigen driehoek, waarvan
de lange rechthoekszijde wordt ingenomen door het
hoofdgebouw, de korte door den oostvleugel, ter
wijl langs de schuine zijde eenig muurwerk is
overgebleven van gebouwen, waarin o.a. de keu
ken. Waar de korte rechthoekszijde met de schuine
zijden samen kwam stond een toren, de W o 1 f s-
toren; deze is ingestort en het puin ervan heeft
een groot gedeelte van den eronder gelegen oprit
gevuld. Evenwijdig aan dezen opzet zijn de ver
dedigingswerken langs de hellingen aangelegd; zij
stonden natuurlijk in verbinding met in den berg
uitgeholde ruimten en gangen, welke thans slechts
voor een gedeelte toegankelijk zijn. Voor den
noordgevel van het hoofdgebouw zijn in de rots
kazematten uitgehouwen, aan de zijde der
stad door een muur en een halfrond uitgebouwden
toren versterkt; het terrein erboven werd langs den
noordgevel van het hoofdgebouw in de westelijke
helft verdedigd door twee poorten, waarvan een
van een valbrug was voorzien; de sporen ervan zijn
nog zichtbaar. In het Westen werd dit noord
front door een zwaren ronden toren versterkt,
waarvan zooveel is behouden, dat een gedeelte van
een koepelgewelf heden nog zichtbaar is. De oprit
naar hier kwam langs de kazematten van uit het
lager gelegen Oosten, waar de weg een rechten
hoek maakte langs „de Capruin", een toren op
rechthoekig grondplan. Deze toren is nog gedeelte
lijk over, gelijk ook de onderbouw van een noorde
lijk er naast gelegen ronde geschuttoren, welke tot
aan de hoogte der schietgaten is behouden. De aan-
79