Hier en daar zullen gevelsteenen uw aandacht
trekken. Behalve de op blz. 34 genoemde Klok is
de meest bekende de forsche kop op cartouche
aan het einde van de Kijk in 't Jatstraat met het
onderschrift: „lek kick noch int", dat met het
woord „Jat" moet worden aangevuld. Een en
ander zal blijkens een schadevergoeding, die in
1626 werd betaald, samenhangen met de afbraak
van een huis, dat tegen den ouden stadsmuur
stond recht tegenover de straat, die toen „het
Jat" heette, en vervanging door een pand in de
huizenrij der straat, de voorganger van het tegen
woordige 18de eeuwsche. De van het afgebroken
huis overgebrachte gevelsteen, waarvan de kop
te voren recht in de lengte der straat keek, kreeg
een onderschrift, waarbij de kop sprekende werd
gedacht, zeggende, ik kijk toch nog in de straat1).
Maar terwijl ik U reeds aanwijzingen geef voor
een of meer volgende wandelingen, waarbij ook
de mooie kijkjes over de havens en diepen en de
A (Hooge en Lage der A) met de oude deels ver
bouwde pakhuizen en een huis (nr. 7) met op
de verdiepingen goed bewaarden pilastergevel en
als gevelsteen een „vlasblom" niet vergeten
mogen worden, moeten wij onzen eersten rond
gang, die langs de voornaamste oude gebouwen
en gevels gaat, nog besluiten. Voordat wij daartoe
73
l) Gron. Volksalmanak 1906 blz. 109 e.v., artikel
van Mr P. G. Bos en t.a.p. 1892 blz. 43 e.v.. Wan
delingen van Feith. Er is een andere verklaring voor
het woord jat als zeegat, maar wel minder juist.