waarbij de figuren een eigenaardige hoekige be
weeglijkheid vertoonen. De achtergrond wordt
gevormd door gebouwen, waaronder een kerk, die
een gemetamorphoseerde Martinikerk gelijkt, de
gebouwen van Jeruzalem voorstellend. De toren
en ook de kerk hebben geen gothische, maar re
naissance vormen gekregen, terwijl in den toren
op elke verdieping slechts één nis, in plaats van
drie, is geschilderd. Dat de toren zonder spits
is weergegeven, wijst er op dat deze omstreeks
het midden der 16de eeuw nog op zijn voltooiing
wachttede schilderingen zijn ook blijkens kostuum
en architectuur niet later dan omstreeks het mid
den der eeuw gemaakt. Het volgende tafereel:
Christus voor Pilatus toont dezen zittende op een
troon voor een op eigenaardige wijze met gothische
en renaissance vormen getooid gebouw, zijn handen
wasschend boven een waschbekken, dat een dienaar
op één knie gezonken, voor hem houdt, terwijl een
tweede uit een kan hem water over de handen
schenkt. Van links brengen twee krijgsknechten
Christus voor Pilatus' zetel. In kleine ruimten
van de achtergrond-architectuur ziet men twee
groepen, Christus wordt de mantel omgehangen
en de Bespotting; ook hier weer een stukje land
schap met landelijke woning. Het laatste tafereel
isde Kruisiging, waar Christus tusschen de boos
wichten hangt en links Maria neerzinkt, gesteund
door Johannes, terwijl eenige mannen rechts
Christus bespotten. Van het landschap op den
40