HOOFDSTUK XII
HOLLANDSCHE RENAISSANCE
nieuwe bouwwerken ontstonden nu. Daar
bij is van Italiaansche renaissance weinig sprake.
Terecht is gezegd, dat Lieven de Key, die nu
in Haarlem aan het werk kwam, de architectoni
sche klok van Haarlem op gelukkige wijze heeft
achteruitgezet. Bij de openbare werken werden het
eerst de schutters aan een nieuw pand geholpen
en weer was het in 1591 Willem Dircksz den Abt,
die het oude St. Michielsklooster voor adellijke
dames, verbouwde tot wat daarna zou heeten de
Nieuwe of St. Jorisdoelen. Daar prijkte een groot
beeld van den patroonheilige dier schutters boven
de poort. Den Abt dus dankt Haarlem wat nog
over is, op het zoogenaamde proveniersplein, van
den fraaien gevel van dit gebouw. In de sterk ge
profileerde lijsten en de aanzetstukken waarop de
rondbogen rusten, toont Den Abt zich een waardi
ge leerling van den Antwerpschen bouwmeester
Vredeman de Vries.
De gevel der St. Jorisdoelen, lang heerenlogement
en nu proveniershuis der gemeente, was het oud
ste bouwwerk in den Hollandschen of laat-renais-
sancestijl.
In 1593 kreeg de vindingrijke Willem den Abt een
kranige medewerking in den Gentschen steen-
51
