sieraad van dit kwartier (zie afb. 4), dat he laas door ombouwing nergens van den grond af voldoende te bewonderen isen juist het beneden deel is oud-gothisch in geheel en onderdeelen als de voormuur nat is, komt de grens van de oude en de nieuwere steen al zeer duidelijk uit De vier kraagsteentjes van het kruisgewelf van den ingang zijn aardig behakt met de middeleeuwsche figuurtjes der vier standen die aan miniaturen herinneren. Mooie oude houten beeldjes (evange listen?) bleven ook bewaard boven het koor. Waarschijnlijk was vroeger het kerkpleintje van de Bakenesserkerk aanzienlijk grooter. De kruistoren, die thans de St. Bavo bekroont, werd in 1519—1520 in hout en lood, met fraai gesmede ijzeren spits, uitgevoerd naar een model van Mr. Jacob Symonsz van Edam en vormt een groote bekoring van het silhouet der stad. Deze kruistoren, hoe bewonderenswaard zelf ook uit decoratief oogpunt, staat als constructie geheel los van den opbouw der kerk. Naar verhouding van de bijzonder groote hoogte van het kerkdak (28.50 M.) en den zwaren bouw van het geheel, is de toren (44 M.) wel wat klein. De oude Zand- voorters, die uit de duinen komende op den Zijl- weg de St. Bavo zoo indrukwekkend zagen oprij zen, betitelden de kerk: Jan met de hooge schou ders. De beide Haarlemsche torens zijn evenals de 25

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1942 | | pagina 25