Oordeelt U zelf eens over dit bijschrift op Ds. Lycoch- thon, die in het Noordhollandsche kerkje van Oude Niedorp begraven ligt: „Lycochthon die in dese kerk „en tot Veenhuysen Godes werk „en op de Zijdwind wel nam waar „de tijd van agt en veertig jaer, „rust in dit grav hij preect niet meer „maer leevt in vreugde bij den Heer". Vooral die mededeeling, dat de ambtsdrager niet meer preekt, maakt op ons een ietwat onnoozelen indruk, maar men dient te overwegen wie het opschrift te lezen kreeg. En al even onbegrijpelijk op een graf lijkt voor ons het gerijmel, dat te Benningbroek bij Hoorn te lezen staat „Marijtje Buijs leijt hier int Sandt „die Huijs-vrouw was van Oliphandt" Beter staat ons aan het „Grafgedicht ter gedachte- nisse van den edele deugtrijke juffrou Iaeycke van Vierssen, in leven gemalinne van den edelen man haften Ignatius van Kingma, Ridtmeester van een Compagnie Harquebusiers", aanwezig in de kerk van het Friesche dorp Zweins, dat door den schoolmeester van Schingen kort na haar dood (28 Juli 1652) ge maakt is Dat Godt tesamen voegtcan Hij haest weder scheiden En breken s'Houw'lijksbant en nemen een van beiden Gelijk als in dit schrift int marmer uijt geprent, Een yderdie 't aenschout, gemaeckt wort hier bekent 98

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1942 | | pagina 129