waarop een schip en sterren staan, voor den zeevaar der Olivier van Noort, om niet te spreken over de grafsteenen van onze talrijke zeehelden. Talrijk zijn de voorbeelden van de steenen in de havenplaatsen waarop herdacht wordt een schipper op Oost of West, een stiermanof een „ordinaris capitein ter zee ressorteerende onder het Eedel mogent collegie ter admiraliteit tot Amsterdam". Speciaal zij hier verwe zen naar een tweetal fraaie steenen, nog uit de XVIe eeuw, die te Piaam (helaas afgesleten) en vooral te Monnikendam (voor schipper Cornelis Reek, den ont dekkingsreiziger) te bewonderen vallendaar ziet men hun trotsche zeekasteelen te hunner loffelijke me morie. En dat molens zoo goed als schepen in onze Hollandsche provinciën sterk vertegenwoordigd zijn, zal ik niet verder behoeven duidelijk te maken. Een ander weer toont het meest markante voorwerp van zijn handwerk. De bakker heeft zijn schieter, de smid zijn hamer, de metselaar een troffel, bikijzer of schietlood, de verver zijn kwast of het bekende „schil derswapen" en overeenkomstig wordt gehandeld bij den kuiper, den slager, den mandemaker en wie niet meer. De koopman voert „de Fortuin". Vaak werd het aantrekkelijk geacht om het uithang bord of de gevelsteen, waardoor iemand in het dage- lijksch leven bekendheid genoot, als eigendomsteeken op het graf over te brengen. Zoo zijn de voorbeelden ontstaan met een hand voor den bewoner van het huis „de blauwe hand", met een sleutel, een dakpan, drie suikerbrooden, een weversspoel en voor den „brander" zelfs een distilleerketel met bijbehoorende apparaten. In de dorpskerk van Barsingerhorn ligt een zerk met de voorstelling van een complete bakkerij met een man, staande aan de broodtrog en een andere bakker met de voerijzers vóór de vuren Zooals de middeleeuwsche broederschappen in de 94

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1942 | | pagina 113