De belangstelling, die dit boekje mocht ondervinden,
bracht mede dat de uitgever een tweede oplage nood
zakelijk achtte. Hiervan is gebruik gemaakt, om in
den tekst eenige veranderingen aan te brengen en
enkele afbeeldingen toe te voegende inhoud bleef
daarbij dezelfde.
Bussum, Maart 1942. W. v. d. P.
6
BIJ DEN TWEEDEN DRUK
Myn stoffer is myn swaerd, myn bussem is myn wapen.
Ick kenne geene rust, ich weete van geen slaepen.
lek denck aen geen salet, ich denck niet aen myn keel.
Geen arbeyt my te swaer, geen zorge my te veel
Om alles gladdekens en sonder smet te maken.
Ick wil nyet dat de maegd myn pronkstuck aan zal raken;
Ich selve wryf en boen, ick flodder en ick schrob,
Ick aes op 't kleynste stof, ick beef niet voor den tob
Gelyck de pronckmadam
Pieter van Godewyck