den achterwand is een bank getimmerd, die tevens als kist dienst doet en een opklapbare zitting heeft, waarop kleurige kussens liggen. 6. Voorhuis uit het ie kwart der 16e eeuw. De spil- trap geeft toegang tot onderhuis, opkamer en verdie ping. Het venster van het onderhuis is met planken gedicht en dat der opkamer heeft voor het vroegere glas-in-lood in de 18e eeuw een roede-indeeling met ruiten gekregen. De zoldering bestaat uit kinder binten, waarop de vloerdeelen liggen. 7. De bouworden van Vignola. Giacomo Barozzi (15071573), genaamd Vignola naar zijn geboor testad, een Italiaansch bouwmeester, stelde een bouwordestelsel vast evenals eenige andere Italiaan- sche architekten uit de 16e eeuw. Deze stelsels zijn op de studie der klassieke bouwkunst van de Romei nen gebaseerdvooral dat van Vignola vindt later groote navolging bij de verbreiding der renaissance bouwkunst. De 5 orden bestaan uit: toskaansch, dorisch, ionisch, korinthisch en composiet. Het ver houding-systeem gaat uit van den „modul", als een heid overeenkomend met de onderste halve middel lijn van de zuil, zoodat de maten in modulen uitge drukt worden. De teekening laat zien dat de verhou ding in de architectuur dezer orden gestaag rijziger wordt. 8. Betimmering. Aan elke zijde van den doorgang staat op een sokkel een halve zuil met een door grot- tesken versierden schachtvoet, cannelures en korin- 92

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1942 | | pagina 95