levendiger aanzien. Voor de toepassing van ornamen
taal houtsnij- en figuraal beeldhouwwerk geldt het
zelfde als bij de betimmeringen. Behalve bij de beel-
denkasten, die onder Zuid-Nederlandschen invloed
staan, komen versieringen in het eerste derde der 17 e
eeuw minder voor dan vroeger, en is de soberheid,
desnoods op het nuchtere af, karakteristiek voor
dezen tijd der nationale Nederlandsche binnenhuis
kunst. Ten volle overheerscht het mooie ambacht,
dat niet grijpt naar een fantastisch spel, doch slechts
zijn liefde verpandt aan meesterlijke uitvoering,
schoone verhouding, zuivere profileering en bezon
ken pracht van het schoone materiaal.
Binnen deze algemeenheden bezitten de gewestelijke
kasten elk voor zich, een eigen karakteristiek.
De eeuwsche kast, ook in Brabant voorkomend, is
laag, waarbij de breedte vaak de hoogte overtreft.
Opgebouwd uit onder- en bovenkast, elk met twee
deuren, is de bovenkast nog lang driedeelig, overeen
komstig het dressoor. Zij is minder architectonisch
van opzet, zoodat haar voet een eenvoudig geprofi
leerde lijst is, haar stijlen bij uitzondering pilasters en
nog minder kolommen zijn, terwijl de kap zich be
perkt tot een smalle, even-overstekende afdeklijst.
Waar het fries ontbreekt, zijn de leeuwenkoppen of
maskers, die anders zoo'n fries sieren, verhuisd naar
de stijlen der bovenkast. In het algemeen staat zij het
dichtst bij de Vlaamsche kast.
De Hollandsche kast, ook Noord-Hollandsche kast
genoemd, hoewel in Zuid-Holland eveneens voor
komend, heeft meer een hoogte-werking met een ver-
79