van bruingrijs gegrisailleerd of van veelkleurig brand-
schilderwerk. Als onderwerpen ziet men familiewa
pens, mythologische en bijbelsche gebeurtenissen,
portretten, zeegezichten, landschappen en sierlijke
letteropschriften. Deze middenvullingen vooral
wapens en portretten werden wel als geschenk ge
geven bij doop, huwelijk en andere familiefeesten.
Luiken hebben in het algemeen slechts de onderra-
men. Zijn deze gesloten, dan komt het licht van boven
binnen en geeft de stille witte muren een fijnen luis
ter, die nog verhoogd wordt, wanneer daar schilde
rijen in palissanderhouten lijsten zijn opgehangen.
Bij de huizen der meer gegoeden treft men dikwijls
houten wandbetimmeringen aan op twee derde der
hoogte van het vertrek. Samengesteld uit stijl- en
regelwerk met paneelen, zijn deze laatste minder dan
vroeger met gestoken ornamentale of figurale voor
stellingen versierd. In plaats hiervan komt een paneel
met „kussen", een even verhoogd rechthoekig plat
vlak, dat op zijn beurt soms met een „diamantkop"
of „speksteen" weer verhoogd is. Daarnaast ziet men
het „komispaneel", waarvan het vlak in vele vakken
meetkunstig ingedeeld is door geprofileerde lijsten
telkens in verstek tegen elkaar „om te kornissen".
Liep vroeger de indeeling van zoo'n wandbeschot
eindeloos zich herhalend door, thans verdeelt men
het regelmatig in verticale vakken of „traveeën",
door een reeks pilasters of halfzuilen aan te brengen.
Op klassieke wijze worden deze gecanneleerd, waar
bij de holle uitgroevingen soms gevuld worden door
„pijpstaven". Daarboven dekt een kroonlijst alles af.
73