HOOFDSTUK II
BINNENHUIS EN MEUBELS IN DE 16e EEUW
INLEIDING
Sterk was de West-Europeesche gothiek met ons volk
vervezeld. Eerst langzaam en geleidelijk zal in de
16e eeuw haar glans verbleeken door de opkomende
nieuwe ideeën uit het Zuiden. Wat toch was geschied
In Italië had op het einde der Middeleeuwen een
diepgaande wijziging in het denken plaatsgegrepen.
Nog eenmaal werd daar de bodem der klassieke
Grieksche en Romeinsche cultuur open geploegd.
Deze wereld van ideeën rees omhoog, en gelouterd
door 14 eeuwen Christendom, voerde dit alles tot het
„humanisme", dat de waardigheid van den aard-
schen mensch in het middelpunt der belangstelling
plaatste. Daarbij had men de overtuiging, dat de klas
sieke letteren en wijsbegeerte in staat waren den
mensch een geestelijke vrijheid te verschaffen, en wer
den deze, en niet minder de klassieke kunst, met ijver
bestudeerd. Vandaar dat de Italianen spraken van
een „rinascimento" (renaissance) of wedergeboorte
der kunst. In geenen deele bedoelde dit te zijn een na
volging, doch men meende dat de geestelijke waar
den daarin verscholen, nieuwe kracht konden geven
bij het scheppen van kunst.
Sinds begin der 15e eeuw worden dan door de Ita-
liaansche bouwmeesters de oude monumenten, waar
aan Italië zoo rijk is, bestudeerd, opgemeten en in
teekening gebracht. Verhoudingen worden vastge-
37