die het moet missen. Het staat als bedstede of als ledi
kant in het woonvertrek en heeft daar een vaste op
stelling die als eereplaats steeds de aandacht trekt.
Tegen koude en vocht zet men het op een verhoogd
vloertje. Is de bedstede in een nis gebouwd, dan val
len slechts de deuren onder het huisraad te rangschik
ken maar veelal is zij een getimmerte in de kamer
tegen één of twee wanden. Zij bestaat dan uit een
onderstel of houten bak, die vaak als bergruimte
dienst doende, een paar deurtjes aan de voorzijde
heeft. In het onderstel ligt op hout of op singels, een
matras, doorgaans een stroozak. Hierop ligt het bed-
degoed, dat bedekt wordt door een tot op den grond
neerhangende sprei van gekleurde stof. Van het
eigenlijke bed komt weinig te zien, wel van den geheel
vrij daarboven hangenden hemel, met koorden be
vestigd aan de zoldering. Deze, versierd met een ge-
plooiden val, dient voor het ophangen van gekleurde
gordijnen, die 's nachts het bed omhullen. Van ouds
her schijnen versierde hemels voor te komen, ge
tuige ook het O. T. Jud. X. 19, waar Holofernes zat
onder zijn fraai verhemelte, 't welk schoon ge
werkt was met purper en goud, en met smaragden en
veel edele gesteenten versierdOverdag worden de
gordijnen samengerold en opgebonden tot een zak.
Daar het bed in het woonvertrek staat, vormt het een
middelpunt van het familieleven, gelijk het dit in ons
heden nog is bij geboorte, ziekte of dood.
De kist is, vóór de kast algemeen in zwang komt, het
29
2. BERGMEUBEL