weegbaar, dan nog rekent men althans wanneer
men geen fiscus is -- niet al het verplaatsbare huis
raad tot de meubels. Veeleer zijn dit de grootere
stukken, die tot de woninginrichting behooren en van
deze zullen wij de meest gangbare typen nader bezien.
Waar gave binnenhuizen uit de tijdspanne 1450
1650 in ons land helaas niet meer voorkomen,
hebben wij een groote plaats ingeruimd voor de
meubels.
In verband met den omvang van dit boekje blijft
buiten beschouwing, alles wat tot het boerenhuis en
tot de volkskunst gerekend moet worden, hoe belang
rijk dit ook moge zijn.
Wat de vaktermen betreft, zijn deze tusschen aan-
halingsteekens geplaatst en voorzoover noodig, met
een enkel woord omschreven, door een teekening ver
duidelijkt of op een afbeelding nader te leeren
kennen, door het bekijken van onderdeden. Daarbij
wordt niet telkens verwezen naar de buiten den tekst
geplaatste afbeeldingen, wijl het de bedoeling is, dat
deze, naarmate de tekst voortgaat, in volgorde be
keken worden. Bovendien is in het laatste hoofdstuk
een beknopte beschrijving der afbeeldingen gegeven
als herhaling in korten vorm van de voorafgaande
stof.
Om die stof overzichtelijk te maken en naar tijd
te kunnen vergelijken, hebben wij deze in drie tijd
perken verdeeld, en wel in de 2e helft 15e, de geheele
16e en de ie helft 17e eeuw. De onderdeden der
omgeving en die van het huisraad herhalen zich
daarbij steeds in dezelfde volgorde.
9