HOOFDSTUK VI
DE RENAISSANCE
De bouwmeesters die het sterkst richting
hebben gegeven aan de „Oud-Hollandsche"
renaissance van de eerste decennien der 17de
eeuw zijn ongetwijfeld Hendrick de Keyser,
1565-1621, en Lieven de Key, omstr. 1560-
1627, de eerste sinds 1595 in dienst van
Amsterdam, de tweede sinds 1591 in dienst
van Haarlem, maar beiden ook buiten hun
ambt en buiten deze steden werkzaam.
De Keyser vooral is voor onze torenarchitec
tuur een figuur van bijzonder belang door de
reeks torens die hij bouwde of verbouwde.
De Key bouwde voor zoover wij weten maar
één toren.
De eerste werken van De Keyser op ons ge
bied kwamen in 1606 tot standde ver
bouwing van twee oude vestingtorens, den
Montelbaanstoren en den Haringpakkerstoren.
De eerstgenoemde is nog steeds een sieraad
voor Amsterdam, de tweede is in 1814 ont
hoofd en in 1829 geheel afgebroken. Als ver
dedigingswerken hadden zij nu geen belang
meer en hun bestemming zou voortaan zijn
den tijd aan te wijzen en tot stadssieraad te
dienen. Zij werden hersteld en kregen elk een
houten bovenbouw die onderling zeer groote
gelijkenis vertoonden, en waardoor hun hoogte
92