behoefte bestond aan een bijzondere kerk
ruimte met koor voor de parochiediensten.
De gewone gang van zaken in de verdere
middeleeuwen is dan geweest, dat op den
duur voor de parochianen een geheel afzon
derlijke burgerker k" naast de oude werd ge-
stcht; twee kerken in één gebouw was nu
eenmaal geen ideaal. Zoo stichtte men te
Deventer de parochiekerk van de H. Maagd
Maria naast de oude kapittelkerk van St.
Lebuinus, en zoo verrees ook naast de O. L.
Vrouwekerk te Maastricht in de 14de eeuw
de parochiekerk van St. Nicolaas. Vreemd
blijft het voor ons echter dat er een tijd is
geweest, dat men regelmatig twee kerken in
één gebouw huisvestte, en dat men het koor
van de leekenkerk den vorm van een toren of
van een torengroep gaf.
Een latere en veel rijkere uitwerking van het
genus der Westerblokken vinden wij aan de
St. Servaaskerk te Maastricht (afb. 1, fig. 1).
In de 2de helft van de 12de eeuw bouwde men
hier tegen het schip van een vroeg-romaan-
sche pijlerbasiliek een ontzaglijk gevaarte, dat
een koor met zijhallen bevat in het verlengde
der beuken van het schip. Om dit driedeelige
koor is een krans van nevenruimten gerang
schikt met galerijen daarboven. In de ver
dieping die volgt wordt deze indeeling nog
eens weer herhaald met den koepel van de
beroemde „keizerszaal" als middelpunt. Hier-
8