mergel vertoont, dagteekent blijkens een op schrift uit 1523. Zuid-Limburg biedt al heel weinig bijzonders. De laatgothische torens, die er zijn, nagenoeg alle van mergel opgetrokken, hebben vol komen vlakke muren zonder eenige versiering hoegenaamd, zooals die van Limbricht, Mar graten, Hoensbroek (afb. 49) en Gronsveld. Een uitzondering maakt de toren van de St. Petruskerk, vroeger een kapittelkerk, te Sittard. De eerste twee geledingen van dit monument, dat in 1518 werd begonnen, en van haaks geplaatste steunbeeren is voorzien, hebben een zeer ouderwetsch aandoende ver siering van lisenen en gothische boogfriezen in de wanden die van baksteen met banden van mergel zijn opgetrokken. Eerst de derde ge leding, die geheel van natuursteen is, heeft spitsboognissen. De achtzijdige bovenbouw, die daarop volgt, is een gothische fantasie uit de vorige eeuw. Tenslotte dienen wij nog een aantal stads torens in de Oostelijke provinciën te be spreken, die niet meer tot het in den beginne omschreven hoofdtype kunnen worden ge rekend. Zij zijn gedeeltelijk, wat men zou kunnen noemen „import", anderdeels tot zelfstandigheid uitgegroeide loten van een inheemsch genre. Daar is allereerst de bekende scheefgezakte kolos genaamd de „Oldenhove" te Leeuwar- 77

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1941 | | pagina 77