ste geleding bevatten gekoppelde galmgaten
in twee rijen boven elkander.
In het derde stadium worden de gegeven ele
menten op de weelderigste wijze uitgewerkt.
De steunbeeren zijn niet enkel versierd met
kleine nissen, maar verloopen in fialenbundels
van baksteen op kunstige wijze gemetseld. Het
gebruik van baksteen voor de fialen maakte
zekere vereenvoudigingen noodig van vormen,
die oorspronkelijk in natuursteen waren ge
dacht. Men vond daarvoor heel vernuftige en
geestige oplossingen. De galmgaten zijn of in
twee rijen boven elkander aangebracht, of zij
nemen slechts de onderste helft in van de
nissen der bovenste geleding. Bij zeer rijke be
handeling worden de dammen tusschen de
galmgaten tot samengestelde pijlers in steun-
beervorm. De smalle balustraden op de dor
pels der galmgaten worden tot breede ba
lustraden vóór de galmgaten zooals te Alfen
(afb. 38), en de torenromp eindigt soms in
balustraden om de spits, in een enkel geval
als te Chaam een baksteenen spits. Men streeft
naar groote schilderachtigheid door de muren
te doorrijgen met „speklagen" van natuursteen.
De nisversiering van de beneden- en midden
geledingen wordt gecompliceerd: soms veel
uitermate smalle nissen naast elkaar als te
Leende, Oud-Gastel, Oosterhout, dan weer
nissen met heele of halve segmentbogen of recht
afgesloten als in St. Michielsgestel, Loon-op-
68