sche school is, dat zij niet bestaan uit vrij scherp van elkander gescheiden deelen, maar veel meer als een eenheid zijn opgevat. Een uitermate belangrijk element zijn de steun- beeren, die bij het omhoogrijzen steeds meer worden opgelost in talrijke fialen, en tenslotte als fialenbundels op de vier hoeken om de lantaarn zouden staan. De lantaarn zelf be staat in de ontwerpen voor Zierikzee en Mechelen uit twee deelen, waarvan de boven ste eindigt in een wonderlijke en grillige ver warring van fialen, luchtbogen, balustraden en kruisbloemen. Merkwaardig is dat midden in de gevelvlakken der vierkante geledingen ook steunbeeren zijn geplaatst, waardoor middennissen als te Utrecht geheel onmoge lijk werden. In de Zuidelijke Nederlanden heerschte trouwens een zekere voorliefde voor wat men zou kunnen noemen het „twee nissen-systeem". De stompe torenromp van de romantische Groote Kerk te Vere is enkele jaren jonger dan die van Zierikzee en ook van iets anderen opzetgeen middensteunbeeren en een ordon nantie van één nis in elk gevelvlak. Evenals die van Zierikzee is hij, althans wat de buiten zijden betreft, geheel van natuursteen uit Zuid-Nederlandsche groeven opgetrokken. Beide vertoonen den decoratiestijl der Kelder mans in al hun vindingrijkheid, speelschheid en zeldzaam meesterschap. Maar ook hier 50

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1941 | | pagina 50