HOOFDSTUK III DE OVERGANG NAAR DE LATE GOTHIEK T ot de groote torens die onze late Gothiek inluiden behooren die van Dordrecht, Bergen- op-Zoom en de Nieuwekerkstoren te Delft, alle drie stoere bouwwerken met forsche steun- beeren op de hoeken en betrekkelijk sober en streng van vormen. De toren van de Groote of O. L. Vrouwekerk te Dordrecht (afb. 14) werd vermoedelijk in 1339, in ieder geval omstreeks het midden van de 14de eeuw begonnen: een baksteenen toren met forsche steunbeeren. De benedenhelft vertoont ondiepe nissen met segmentbogen, daarboven worden de muren ingesneden door rijzige spitsboognissen, drie aan elke zijde, die tevens de galmgaten bevatten. Omstreeks het begin van de 15 de eeuw zal men tot den om gang zijn gevorderd. In den loop van de 15de eeuw, wanneer is niet precies te zeggen, vatte men het plan op den toren met een hooge achtkante lantaarn volgens het voorbeeld van den Utrechtschen Domtoren te bekronen, maar dit keer zou deze eindigen met een openge werkte natuursteenen spits. Toen de acht uit wendig geheel met natuursteen bekleede pijlers echter enkele meters hoog waren, werd het werk gestaakt, wellicht wegens het Noord- 34

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1941 | | pagina 34