rekening houden met een zekere wisselwerking
tusschen beide typen.
Een bijzonder geval leveren naar ons ver
moeden de torens op van de St. Walburgskerk
te Zutfen (afb. 8) en van de St. Plechel-
muskerk te Oldenzaal, beide zeer zwaar aan
gelegde bouwwerken uit de laatromaansche
periode, en beide behoorend tot oude kapittel
kerken die tevens als parochiekerken dienden.
De benedenruimten staan door wijde boog
openingen in verbinding met het schip. Te
Zutfen bevindt zich in den Westwand van die
benedenruimte een trits van vensters, en in
Oldenzaal is zulks vroeger eveneens het geval
geweest. De huidige smalle en lage ingang
van den Oldenzaalschen toren is van veel
later datum dan de benedenbouw zelf, en ook
de Zutfensche ingang is misschien niet oor
spronkelijk. Dit alles geeft ons aanleiding tot
de onderstelling, dat deze torens aanvankelijk
niet van buiten toegankelijk waren, en dat
hun benedenruimte een Oostelijk koor voor de
parochiediensten is geweest. De bovenbouw is
in beide gevallen van later datum.
Torens aan het Oosteind komen behalve te
Maastricht en Roermond ook nog voor aan de
zwaar gerestaureerde kerk van Odilienberg,
niet ver van laatstgenoemde stad. Elders
schijnen zij zeer zeldzaam te zijn geweest.
Zelfs geen der kerken van de stad Utrecht
schijnt er te hebben gehad. Intusschen zijn er
14