krijgen bezoekers den indruk: „of zij een leergang in
militaire bouwkunde volgen vanaf de Romeinen tot
in de moderne tijden."
Ook Rothenburg waarvan zooals de reisbeschrijver
zegt toen het in de tweede helft der 19e eeuw
weder „ontdekt" werd„sein Name in der Welt ein
Begriff wurde" is niet minder aantrekkelijk voor den
kwnrfliefhebber, den man van wetenschap en den
toerist.
Wat de gevolgen dier sloopingswoede in Nederland
zijn geweest, kunnen wij o.a. zien als wij Coevorden
bezoeken. Reeds een blik op de stafkaart maakt zonder
nadere toelichting duidelijk, hoe weinig er van Coe-
hoorn's schepping is overgebleven. De eens zoo be
roemde vesting is bijna geheel met den grond gelijk ge
maakt. Nog slechts van een enkel deel van de enve
loppe, dat in plantsoen werd vervormd, is de oorspron
kelijke aanleg te herkennen en op het Molenbastion,
zelf een onbeteekenende heuvel in het stadje, staat nog
de eveneens afgedankte, molen.
Toch heeft zich tijdens de groote slechting (omstreeks
1876) een stem laten hooren, die het verdwijnen be
treurde, maar het was de stem van een vreemdeling!
Henry Havard schrijft in zijn boek La Hollande
pittoresqueLes frontières menacées, over zijn bezoek
aan Coevorden
„Aujourd'hui Koevorden a cessé d'être une place forte.
On a donc démoli ses portes et éventré ses remparts.
Mais, malgré soi, quand on erre sur cette savante col-
line, chef d'oeuvre de Coehoorn, qui entoura la ville
de ses formidables bastions, on se prend a regretter que
ses beaux travaux soient appelés a disparaitre; ils
étaient de véritables oeuvres d'art. A ce titre, ils
auraient mérité d'être conservés, alors même que tant
de patriotiques souvenirs ne se rapporteraient point a
leur existence."
Het lot, dat Coevorden beschoren was, is in meerdere
75