of Brugge in den zin, maar het gerucht daarvan lekte uit. Einde September naderde het leger van den Prins de Fransche troepen onder de maarschalken Gassion en Rantzau en er hadden besprekingen plaats wellicht over een gezamenlijk optreden tegen Antwerpen die echter niet tot samenwerking leidden. Het Staatsche leger trok daarop met een groote boog zuidwaarts om Gent en maakte, terwijl de vijand zijn flanken bedreigde, een merkwaardigen vijfdaagschen marsch (i5 October) waarbij een kanaal en drie rivieren werden overschreden. 5 October kwamen de troepen uitgeput van het loopen, waken en vechten, te St. Jans-Steen, om het beleg voor Hulst te slaan. De vesting was destijds gelegen in een zeer waterrijke streek, vol kreken en breede stroomen, welke thans grootendeels zijn dichtgeslibd en ingedijkt. Om een begrip te krijgen van de sterke ligging van de vesting en de vele schansen of forten in de omgeving, doet men goed, een oude kaart te raadplegen en die te ver gelijken met den hedendaagschen toestand. Hoe de stad tijdens het beleg van 1645 versterkt was, is niet met zekerheid te zeggen. Volgens een veel voor komenden plattegrond moet zij toen reeds voorzien zijn geweest van een rondgaanden aarden wal met 9 bastions van 50 tot 60 Rijnlandsche roeden defensie, zonder ravelijnen, doch met een sterken contrescarp, die zelf gebastionneerd was en waarin tegenover de bolwerkspunten van den hoofdwal, halve-manen waren ingebouwd. Daarentegen geeft Blaeu in zijn Steden- boek nog een 2e plattegrond, welke voor die tijdens het beleg moet doorgaan en waarop reeds de 5 rave lijnen voorkomen, waarvan 3 vóór de poortende Gentsche-, Dubbele- en Bagijnepoort. Uit Commelijn's beschrijving van het beleg blijkt eveneens dat de vesting vermoedelijk toen reeds ravelijnen („Buyten- 57

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1941 | | pagina 68