40
Bezien we nu de kaart van Amsterdam van Cornelis An-
thoniszoon. We zien daarop eerst dat om den eersten
burgwal nog een tweede gemaakt is. Tusschen deze bei
de burgwallen is slechts een smal „bouwblok" gespaard.
De huizen loopen door of hebben slechts weinig open
ruimte ertusschen. Op de verbreedingen zijn open erven
van kloostergebouwen. Aan de einden knijpen de burg
wallen naar elkaar. Zoodoende ontstond er op vier
plaatsen een „huis aan drie grachten". Een ervan kennen
we nog, aan de Grim. Het tweede is Vredenburg, een
ontoegankelijk punt bij de O.Z. Kolk, aan drie zijden
uit 't water oprijzende, waar nu nog een bouwwerk van
dien naam staat. De derde punt is bij 't Hekelveld, waar
tot op onzen tijd een pakhuis stond dat den teekenenden
naam droeg van 't Ent van de Waerelt. De vierde punt
is bij 't Spui, waar Spuistraat, N.Z. Voorburgwal en
Spui als gedempte grachten tezamen komen.
Die vier burgwallen moesten een naam hebben. Voor-
en achterburgwal was een eerste onderscheiding. Omdat
aan de eene zijde van de Amstelbedding de oudste kerk,
de St. Nicolaaskerk, en aan de andere zijde de latere, de
Nieuwe kerk, de St. Catharinakerk stond en ieder zijn
parochie had, werden de burgwallen nieuw en oud ge
noemd. Zoo ontstond de Nieuwezijdsvoorburgwal en de
Oudezijdsachterburgwal. De Nieuwezijdsachterburgwal
werd in 1867 gedempt en naar het Spui toen Spuistraat
genaamd. In 1884 werd ook de N.Z. Voorburgwal ge
dempt.
Er moet ongetwijfeld een kaart bestaan hebben, Am
sterdam in dezen staat aangevende, met twee vesting
wallen achter elkaar, de dubbele burgwallen. Deze is
verloren geraakt, waarschijnlijk bij den reeds genoem
den brand van 't oude stadhuis.
Want de kaart van Anthoniszoon geeft een opvolgenden
staat van den groei der stad. Er is met een wijden zwaai
een breede vestinggracht om gegraven, versterkt met een
zwaren vestingmuur, met bogen aan de binnenzijde, kan-