Christoffel van Hartoghvelt. En als we nu in de oudste
stad wandelen, krijgen we daar beter zicht op. Het oud
ste Amsterdam had nog geeneen gracht, wel veel water,
het Y, de Amstelbedding van Damrak en Rokin en de
burgwallen.
Hoe zag nu die oudste stad er uit? Wel, alles bruin, al
les eikenhout, waarvan het meeste geteerd en de daken
van riet. Het eikenhout kwam te water aan uit het
Gooyer bosch, langs de Vecht, over de Zuiderzee de
haven binnen. Het riet kwam uit de lage landen rondom
de stad. Alles was van hout, eikenhout, de molen op den
Nieuwendijk, de huizen, de schepen, de stadswal. Het
waren dezelfde ambachtslieden die dit alles maakten.
Zooals de schepen kromhouten noodig hadden, evengoed
vond men aan de kapspanten kromhouten. Nu nog heet
op de ambachtsschool het ondereinde van een kapspant
kromme stijl, alhoewel hij van rechte stukken hout ge
maakt wordt, doch op den zolder van een oud huis ziet
men onderaan de kapspanten kromhouten van eikenhout.
Was het wonder, dat men bang was voor brand? Als na
weken langen zonneschijn alles was uitgedroogd, huizen,
walmuren, daken, schepen, was een begin van brand
een ramp voor de stad. Dan verbrandde alles wat met
den wind mee was. Bluschmiddelen had men niet. Als
voorbeeld diene de zinsnede in een oud geschrift, den
grooten stadsbrand van 1452 vermeldende: En doe is
mede dit convent verbrant totte pulver toe.17)
Temidden van deze houten stad stond één steenen bouw
werk. Of eigenlijk aan de grens van de stad, aan den
Oostkant. Dat was de kerk, gewijd aan den bescherm
heilige der zeevaarders Sint Nicolaas. Net als in Edam,
dat niet gegroeid is. Daar staat de St. Nicolaaskerk nog
aan den buitenkant van de stad. Ook Monnikendam en
Muiden hebben hun St. Nicolaaskerk. Van deze oudste
St. Nicolaaskerk van Amsterdam, veel ouder dan de
oude kerk van nu, is iets bewaard gebleven, namelijk
de toren. Dezen vierkanten baksteenen toren kan men
23