DE BOUWWERELD. 259 Mi ï%nr. 'fi- der schoonheidscommissie. Bepaald werd, dat Heemschut, de Bond van Nederlandsche Architecten en de Maatschappij tot bevordering der Bouwkunst ieder een lid dezer hoogere schoon heidscommissie zouden aanwijzen, wat zij deden, door de heeren A W. Weissman, Jonas Ingenohl en S. de Clercq ter benoeming voor te dragen. Thans heeft de heer Ingenohl wegens gezondheidsredenen bedankt. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden hebben dien heer den dank der gemeente voor zijn belanglooze mede werking betuigd, en stellen den gemeenteraad voor, nu tusschen de twee laatstgenoemde vereenigingen een fusie is tot stand gekomen, zoodat zij één lichaam zijn geworden, het Genoot schap Architectura et Amicitia te Amsterdam als derde lichaam uit "te noodigen, een lid aan te wijzen Het huis „de Steenrots" te Middelburg. Het jaarverslag der vereeniging „Hendrick de Keyser", tot behoud van architec tonisch- of historisch-belangrijke gebouwen, bericht omtrent den loop der restauratie van het huis „de Steenrots", dat deze in 1921 aanmerkelijk is gevorderd. „Toch zullen wij haar voorloopig niet geheel kunnen voltooien; de kosten voor de volledige herstelling blijken hooger te zijn, dan de raming en wij over wegen thans, welke maatregelen knunen worden genomen om èn aan de eischen van het uiterlijk aspect van het gebouw èn aan die van een op het rentegevend-maken onzer eigendommen bedacht finantieel beleid zooveel mogelijk tegemoet te komen, zonder de begrooting aanzienlijk te overschrijden". Sinds dit jaarverslag werd opgesteld, is een verhooging van het rijkssubsidie beloofd. Dientengevolge is de vereeniging thans in staat gesteld, met betrachting van de gepaste zuinigheid, haar plan te volbrengen, o a. kan de dringend noodige ver nieuwing van het dak ter hand worden genomen. Over eenige maanden hoopt men dan ook met het werk klaar te zijn. Voor- en achtergevel zijn, onder voortdurend toezicht van de afdeeling B der RijliscJdnïïhissie voor de Monumentenzorg, .geheel hersteld. Zooveel mogelijk is het oude werk gespaard en slechts-voor zoover noodig is vernieuwing aangebracht. De dikke, lagen verf, die het beeldhouwwerk bedekten, zijn zorg vuldig afgeloogd, en dit is in zijn oorspronkelijke schoonheid hersteld. De bekende fraaie bas-reliefs, de winning van den -v steen en voorstellingen uit Exodus XVII weergevend, lieten, "aangetast door den tand des tijds als zij waren, een dergelijke behandeling niet toe. Hieromtrent zoekt de Monumenten- _commissie nog een oplossing, om het behoud hiervan te ver zekeren. Van twee der fraaiste reliëfs geeft het verslag een goed geslaagde reproductie. Omtrent de afwijzende aanvrage om subsidie bij provincie en gemeente merkt het verslag nog op: „met teleurstelling moeten wij constateeren dat, schoon het rijk op zoo royale „wijze voorging, de Staten van Zeeland en het gemeentebestuur van Middelburg iederen geldelijken steun voor de restauratie, die toch het belang van de provincie en haar hoofdstad zoo van nabij raakt, hebben geweigerd". Het moge te betreuren blijven^ dat de Provinciale Staten direct noch indirect steun aan deze belangrijke restauratie hebben verleend, ten aanzien van het gemeentebestuur van Middelburg mag niet uit het oog worden verloren, dat dit het gebouw voor een vrijwel fictieven prijs aan de vereeniging „Hendrick de Keyser" heeft overgedaan en de gemeentekas voor goed het provenu der verhuring, ten bedrage van eenige honderden guldens per jaar, mist. Gekapitaliseerd, is dit een bedrag van ongeveer vierduizend gulden, dat toch een indirect subsidie magheeten Het raadhuis te Ransdorp. Het voormalige raadhuis van Ransdorp, gebouwd omstieeks 1650, dat, volgens een door de heeren De Bazel en Dr Kalf uitgebracht rapport, historische en architectonischevvaarde bezit, begint teekenen van bouw valligheid te vertoonen. Reeds toen Ransdorp nog een afzon derlijke gemeente was, besloot de Raad bij de Regeering stappen te doen voor het behoud van het raadhuis, waaraan door den watersnood van 1916 veel schade werd toegebracht. Sedert bleef die zaak hangende, had de annexatie plaats en geraakte het gebouw nog meer in verval. Thans zal de gemeente Amsterdam, in overleg met het Rijk, dat daarvoor ten hoogste f 22.500 steun wil verleenen, de restauratie ter hand nemen. In overleg met de Rijks-Monumenten-commissie zal den architect H. W. Scholte het werk worden opgedragen. De kerktoren te Ritthem. De restauratie.van den kerktoren te Ritthem, die uit het begin van de vijftiende eeuw dagteekent, is onlangs ten einde gebracht. Het portaal is van de cementlaag ontdaan, die er in de negentiende eeuw op was aangebracht. Het venster boven dit portaal is in den ouden trant hersteld. Verder zijn de muren, waar dit noodig was, met gebakken steen, als die oorspronkelijk gebruikt was, bijgewerkt. Ook de figuren van mondsteen, in het metselwerk aanwezig, werden hersteld. Zulke figuren komen aan meer gebouwen uit de vijftiende eeuw voor, onder anderen aan de Spaarnwouderpoort te Haarlem. De toren staat uit het lood, doch het was niet mogelijk, hem recht te zetten. De Kampveersche toren te Veere. In „Het Vaderland" lezen wij het volgende. De Kampveersche toren, waarvan het hoofdgebouw uit 1368 dateert, is thans hersteld. Het gedeelte, dat een paar jaar geleden onbewoonbaar moest worden verklaard, is weer bewoonbaar; oppervlakkig bekeken ziet het gebouw er weer gaaf uit. Toch zal spoedig de tijd aanbreken, dat tot algemeene res tauratie moet worden overgegaan. Het zou dan gewenscht zijn, dat de bekapping er opgezet werd, waardoor de toren behoort te worden bekroond en dan dienen de buitenmuren ontdaan te worden van het pleisterwerk, dat ze ontsiert. De onoogelijke vierkante houten kozijnen zouden dan vervangen behooren te worden door bij het forsche, bijna vorstelijke, gebouw, passende kozijnen in steen uitgevoerd met glas-in-lood. Bij een dergelijke restauratie zou dan meteen het afschuwelijke reclamehek, dat nu op het gebouw staat, verdwijnen moeten. Het gebouw, met zijn forsche maten en juiste verhoudingen, zou dan nog meer, dan het nu reeds is, ondanks zijn architec tonische gebreken, een sieraad zijn voor ons land, voor hen, die Veere bezoeken en voor hen, die over de Schelde langs het schilderachtige stadje varen. Een landgoed behouden. Het bekende landgoed „Vollenhove", gelegen aan den straatweg De Bilt—Zeist, is te Utrecht in het openbaar verkocht aan den heer P. J. Nanninga, lid van de firma Waltmann Co. aldaar voor f 595.250. De heer Nanninga verklaarde, dat het de bedoeling van zijn lastgever is, het landgoed in den tegenwoordigen staat te laten, welke mededeeling door natuurliefhebbers met vreugde zal worden vernomen. De Provinciale Zuid-Hollandsche Commissie. Dezer dagen heeft de Provinciale Zuid-Hollandsche Archeologische Com missie in Den Haag, voor de zesde maal haar jaarlijksche bijeenkomst metvde correspondenten gehouden. Onder de punten

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Bouwwereld 1918-1923 | 1922 | | pagina 7