DE BOUWWERELD.
281
hoofde door het Genootschap wordt ontvangen, tot een maximum
.van f5000.
„Wij stellen ons voor, voornamelijk ten behoeve dei kleine
gemeenten, dat voor het lidmaatschap ad f25 een vijftal gratis
adviezen zal worden gegeven.
^„Echter is het gewenscht, dat door de Gemeentebesturen alle
plannen voor gebouwen, welke inkomen, alsmede de plannen
voor verbouwing van bestaande perceelen, althans voor zoover
die verbouwing ook gevels of andere van den openbaren weg
af zichtbare gedeelten van gebouwen betreft, aan het oordeel
der Schoonheidscommissie worden onderworpen. Wij stellen
ons voor, dat de gemeenten,» welke van de diensten der
Schoonheidscommissie gebruik maken, daarvoor telken jare
een bijdrage verleenen van zooveel maal f 4 als in het daarvan
voorafgaand jaar het aantal heeft bedragen der aanvragen om
vergunning voor bouwen en voor verbouwen van woningen;
voor zoover die verbouwing mede op gevels betrekking had, welk
getal dan, als hierboven gezegd werd, te verminderen zou zijn met
vijf (het eerste vijftal adviezen wordt aan de gemeentebesturen
kosteloos verstrekt voor het lidmaatschap.)
„Voor de berekening van het hierboven genoemd getal aan
gevraagde vergunningen kan een aanvrage voor den bouw
van meer dan één woning (een complex arbeiderswoningen,
dubbele villa's enz.) niet voor één gerekend worden.
„Ten aanzien van dergelijke plannen zal de Schoonheids
commissie een beoordeeling moeten geven van de algemeene
situatie en van ieder woningtype, dat in het complex is op
genomen; bij het berekenen der bijdrage zal voor een dergelijk
plan zooveel maal f4 moeten worden genomen, als het getal
der genoemde beoordeelingen bedraagt. Is dus b.v. in het vorig
jaar ,een complex van 50 arbeiderswoningen van in totaal 4
typen gebouwd, dan moeten daarvoor vijf beoordeelingen plaats
hebben en zal voor de berekening van de bijdrage worden
aangenomen, dat vijf aanvragen zijn ingekomen.
„Een moeilijkheid doet zich voor bij het antwoord van
de vraag op welke wijze de uitgaven, die ten laste der
Gemeenten komen, zullen worden bestreden. Hierbij dringt
zich aan ons op een oplossing, die gegrondvest is op de
volgende overwegingen.
„Door de werking van een dienst van Bouw- en Woning
toezicht, eventueel inclusief die der Schoonheidscommissie,
worden de aanvragers ten zeerste gediend.
„Waarborgt de dienst van het Bouwtoezicht den aanvrager
dat hij solide werk krijgt, waarop van Overheidswege nog
toezicht wordt gehouden, de Schoonheidscommissie verlost
hem van de onzekerheid of hetgeen hij wil laten bouwen aan
behoorlijke eischen van welstand beantwoordt dan wel de
omgeving ontsiert.
„Niemand kan daar nog onverschillig tegenover staande tijd
is voorbij, dat men zich vrij waande om door onoogelijke
bebouwing een omgeving te kunnen ontsieren, en niemand,
wien het belang zijner gemeente ter harte gaat, zal daartoe
aanleiding willen geven.
„Voor deze diensten door de Overheid, in casu de Gemeente,
te zijnen behoeve verricht, mag zeker eenige vergoeding worden
geëischt; terwijl het tevens niet meer dan billijk is, dat voor
het van Gemeentewege uitgeoefend toezicht op het bouwen een
tegemoetkoming in de daaraan verbonden kosten wordt gegeven.
„Deze bijdrage van belanghebbenden is op de meest doel
treffende wijze te verkrijgen door het heffen van leges. Hiertoe
kan in de verordening op de heffing van leges ter Secretarie
een bepaling worden opgenomen in den geest van de bepaling,
welke reeds in de gemeente Rheden van kracht is en als
volgt luidt:
„Het recht bedraagt:
,.a. voor een vergunning als bedoeld in art. 5 alinea la der
„Woningwet, wanneer de kosten van bouwen of verbouwen,
„waartoe vergunning wordt verleend, geheele afwerking in
begrepen, blijkens een bij de aanvrage om vergunning
„overeenkomstig de bepalingen der verordening op het
„bouwen en wonen, over te leggen begrooting van kosten,
„door of vanwege Burgemeester en Wethouders in verband
„met de overgelegde teekening(en) en bestek(ken), voor deugde-
„Iijk verklaard, minder bedragen dan f 1000 f3, en verder voor
„iedere f 1000 of gedeelte daarvan boven de f 1000 f2 meer;
„b. voor eene vergunning als bedoeld bij art. 5 alinea lb der
„Woningwet f0.50."
„Ofschoon deze bepaling in de gemeente Rheden nog slechts
korten tijd van kracht is, is aldaar gebleken, dat uit deze leges
niet alleen de kosten van de adviezen der Schoonheidscommissie
kunnen worden bestreden (deze gemeente zendt reeds alle
ingekomen aanvragen ter beoordeeling), maar dat de opbrengst
tevens nog een niet onaanzienlijke bijdrage leverton de aan
het bouw- en woningtoezicht verbonden kosten.
„Het bestuur dringt ten slotte met klem er op aa'n:
le. dat voor zoover dit het-geval niet mocht zijn, Uwe
Gemeente tot het lidmaatschap van het Genootschap te doen
toetreden;
2e. dat, indien zij daar niet reeds aanwezig is, in de
bouwverordening Uwer Gemeente de welstandsbepaling wordt
opgenomen;
3e. dat door den Raad Uwer Gemeente in de verordening tot
het heffen van leges ter Secretarie een bepaling, als boven
genoemd is, wordt opgenomen.
Het slot Loevestein. Dezer dagen werd gemeld, dat het
kasteel Loevestein weer voor het publiek ter bezichtiging werd
gesteld. Dit moet wel eenigszins verwonderen als men leest,
hoe de Prov. Geld. Archeologische commissie den toestand in
1920 bevond.
In haar rapport schrijft zij, dat de daken op verschillende
punten over meters oppervlakte inregenen en de daar
onder gelegen vloeren verrotten. De afvoer van het water der
goten, op de binnenplaats uitkomende, is allertreurigst. De
vergaarbak is te klein, verstopt en loopt over, waardoor de
muren vochtig zijn en groen uitslaan.
Vele ruiten worden in de ramen gemist, vele raam
openingen zijn met planken gedicht. Het bovendek der toegangs-
brug tot het kasteel rust op vergane balken Het ijzerwerk
hangt ten deele in de lucht. Ongelukken zijn te verwachten.
Van binnen ziet het kasteel er verschrikkelijk uit. Vele ver
trekken zijn ontoegankelijk, omdat de balken en planken der
vloeren niet te vertrouwen zijn. De aangebrachte stutten in de
vertrekken zijn hinderlijk en voorkomen het dreigend gevaar
van instorten niet. De gepleisterde muren zijn ten deele be
schadigd en met een laag vuil bedekt
Een reclame-verordening te Middelburg. Naar wij vernemen,
zal weldra te Middelburg den gemeenteraad een voorstel tot
het maken van een verordening op de ontsierende reclames
bereiken.
Romeinsche castella te Vechten. Als bijlage III is aan het
verslag van de vergadering van het Provinciaal Utrechtsch
Genootschap van Kunsten en Wetenschappen een bericht
toegevoegd van Dr J. H. Holwerda over de opgravingen
te Vechten in 1920. Sedert 1915 is het wetenschappelijk
onderzoek daar ter plaatse gestaakt, omdat er voor militaire
doeleinden loopgraven werden aangelegd. De arbeid moest op
dit terrein, dat aan den heer Van Nispen tot Sevenaer be
hoort, zoo goed als opnieuw worden begonnen. Wat bijzonder
trof, was de diepe ligging van den vasten grond. Ontdekt
werden een muur en een gracht van een uit steen gebouwd
castellum, een kleine burcht of militaire nederzetting,'aangelegd
op een leemlaag; maar deze Ieemlaag dekte opnieuw een
ingraving als van een gracht, waarvan het laagste gedeelte
vrij diep onder den tegenwoordigen grondwaterstand in het