DE BOUWWERELD. 313 „skrüboard", d. i. een houten kastje met opschuifbaren voorwand, voor de schrijfboeken der kinderen. Ook dit is rijk en traditioneel versierd, het voorvlak altijd met een vogel en op rooden grond met arabesken beschilderd. Ook het hooge eikenhouten vuurscherm, de „hernhoad", is rijk beschilderd. Eene uitzondering op de geijkte bonte beschildering vormden de stoelen, die steeds effen groen van kleur waren. Deze stoelen „bekkelingen" genaamd waren bovendien merkwaardig omdat zij in één en hetzelfde vertrek niet alle van gelijke hoogte, doch op maat vervaardigd waren voor de verschillende gebruikers. Aan den schouw hangt een sitsen val die door een daarachter gehangen tweede kleed van wit goed, tegen roet en rook beschermd wordt. Door middel van looden staafjes die er achter zijn opgehangen, wordt het opwaaien of scheefhangen der schoorsteenvallen tegengegaan. Onder de schouw is aangebracht een draaibare en ook in de hoogte verstelbare ijzeren arm met ring voor de potten of pannen („draaitreeft", vooral niet draaiteef, gelijk de catalogus van het Hindelooper museum het instrument betitelt!). Des zomers bevond het vuur zich in een groote pot die op een vuurbankje de „fierbank" stond. Deze bank die op hare beurt stond op een zoldertje, „Eazenboard" was gemarmerd en van boven met tegeltjes afgedekt. Oorspronkelijk werd het vuur gestookt op de ijzeren haardplaat „eazen" waarin een opening, 'de haardkolk, was uitgespaard, welke met een rooster was afgedekt. Men mist in deze binnenhuizen blijkbaar de keur van koperen kandelaars en kaarsenkronen, die het hollandsche interieuF kenmerken. Eenige koperen snot neuzen zijn de eenige verlichtingsmiddelen. In de kamer prijkt op elke plaats die er zich toe leent, een overvloed van blauw porcelein en aardewerk, schotels, borden, bakjes, kommen deze laatste zijn „klapmutsen", „kraaikoppen" of „proenkerkoppen" geheeten en kaststellen. Tegen de muren, af zonderlijk of groepsgewijs opgehangen of in rekken geplaatst, tegen de fries der bedschutting, op de lijst van de schouw staan de dekoratieve borden of, in dicht aaneengesloten rij, de kommen. De bepaalde soort porselein die op de uitspringende lijst of „kraak" werd te pronk gesteld, ontleende daaraan zijn soort naam van „kraakporselein". Eene bijzonderheid waren de schildpad- of kievitsborden die de kleuren"bruin, groen en geel der kievitseieren vertoonden, welke er op werden gediend. Van dit alles en van nog veel meer wat tot het Hindeloopensche leven behoorde, bezit het museum een keur van voorbeelden. Hindeloopen bezit nu dus weer, dank zij- de goed- geefsche belangstelling van den heer en mevrouw Hidde NijlandVolker, eene verzameling van zijne oude kunst. Deze moet, wil zij ten volle voldoen aan de bedoeling, echter méér worden dan eene aantrekkelijkheid voor bezoekers. Zij dient, gaat het goed, het uitgangspunt te zijn eener herleving van den kunstzin, van de liefde voor mooie, smaak volle voorwerpen. Zij moet een rol gaan spelen in het leven der bewoners. Edoch, wij zijn in dat opzicht voorshands pessimistisch m VAN DORP TOT n de 1830 verschenen „Beknopte Geschied kundige en plaatselijke beschrijving van de stad Zutphen en hare bevallige omstreken" in die gemoedelijke dagen had men nog tijd voor uitvoerige titels terwijl nu zulk een boekje simpelweg „Gids voor Zutphen en omstreken" heet door H. N. van Til, wordt ook eene wandeling naar Brummen aanbevolen. Uit die beschrijving blijkt hoe de verwording van een landelijk dorp tot een villa-oord begint. De be kende verschrikkingen worden aangekondigd: huizen die met paleizen wedijveren en dus in hunne een voudige omgeving niet passen, opdrijving van de grondprijzen zoodat elk beschikbaar hoekje grond voor bouwterrein verkocht wordt, verlies van karakter en landelijke schoonheid. „Hij die voor twintig jaren dit dorp bezocht-aldus van Til en nu eerst weder op nieuw, zoude verstomd staan over de groote, ja onbegrijpelijke verandering, welke hier is voorgevallen. Daar waar men voormaals VILLA-KOLONIE ==B niets dan boerenwoningen, door ettelijke aanzienlijker gebouwen afgewisseld, bespeurde, verheft zich nu eene reeks van schoone gebouwen, die zich door hunne nieuwheid allerbevalligst voordoen en waarvan eenige met paleizen als wedijveren. In dit dorp wordt het kleinste plekje gronds aan den straatweg ten duurste verkocht, ten einde alweder tot het bouwen van huizen te worden gebruikt. Hoogstwaarschijnlijk is het dus dat dit dorp eerlang deszelfs oudere zuster Velp naar de kroon zal steken. Dat door deze verandering echter veel van het landelijke is verdwenen, zal wel niet behoeven betoogd te worden. De bezittingen aan eenige dezer buitenwoningen verknocht, bepalen zich veelal tot -eenen tuin en een daaraan grenzend boschje en weiland." Velp is aan de oveivleugeling ontkomen, omdat... het zich nog sneller en nog ingrijpender vervormde dan zijne door van Til gevreesde mededingster. Intusschen doet diens ïelaas vrij „modern" aan.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Bouwwereld 1918-1923 | 1919 | | pagina 7