334 DE BOUWWERELD. Vereeniging, is van belangstelling door de Nederlandsche regeering in het streven van den Bond pas na zeven jaar gebleken, nu op de Staatsbegrooting een subsidie is uitgetrokken. Hare Majesteit de Koningin heeft belangstelling getoond, toen zij in 1914, nadat zij aan de bij haar in gehoor toegelaten bestuurders uitvoerige inlichtingen over Heemschut had gevraagd, verklaarde dat het haar aangenaam zou zijn, den Bond onder hare bescherming te nemen. Wij verwachten, dat dit anders zal worden, nu Dr. J. Th. de Visser, Bestuurslid van Heemschut de Minister is aan wiens zorgen de belangen van kunst en wetenschap zijn toevertrouwd, ook het behouden der schoonheid van Nederland de sympathie der regeering zal hebben. Verleden jaar, toen de Boschwet, die zooveel tot het behouden van de schoonheid in Nederland heeft bijgedragen, in de Tweede en de Eerste Kamer zooveel tegenstand ontmoette, heeft Dr. de Visser een welsprekend pleidooi voor die wet gehouden, en daardoor haar aanneming ten krachtigste bevorderd. Een „heemschut-wet", die den Nederlanders belet, uit baatzucht de schoonheid van ons vaderland, het bezit van het geheele volk, te schenden, is een eisch des tijds. Niet langer mag^het aan de besturen der provinciën en der gemeenten blijven overgelaten, of zij het al dan niet noodig oordeelen, de schoonheid te behouden. Mocht het Dr. DE Visser gegeven zijn, aan zulk een wet zijn naam te verbinden, dan zal zijn gedachtenis bij degenen, die na ons komen, in dankbare herinnering blijven! B. VON BRUCKEN FOCK. DE KERK TE NIEUWDORP. (ZIE DE AFB. OP BLZ. 331) |ij kennen allen van naam den heer H. van der Kloot Meyburq, die zich verdienstelijk maakte door zijn schetsen van boeren woningen en dorpskerken en, meer nog, door zijn werk „Bouwkunst in de stad en op het land". Meyburg die zooveel kerken bestudeerd en geteekend heeft, is nu in de gelegenheid geweest, er zelf een te bouwen, en in dit voorjaar is dit bedehuis, hetwelk verrees te Nieuwdorp (Zuid-Beveland) plechtig ingewijd. De kerk ligt aan den voet van den polderdijk aan den rand van het dorp, ten deele door een boomgaard en ander houtgewas aan het oog onttrokken, wat jammer is, omdat de architectuur thans minder tot haar recht komt. De zijgevels zijn. althans 's zomers, vrijwel geheel aan hef oog onttrokken, wat des te meer te betreuren is omdat daar precies het moderne karakter van het gebouw tot uiting komt. Immers wie denkt, dat Meyburg zich door het nateekenen van zijn „80 dorpskerken" te veel door het oude hééft laten inspireeren, vergist zich. Deze kerk is geenszins een slaafsche navolging van vroegere voorbeelden. Het eigenlijke schip der kerk b.v. wordt begrensd door weinig eigenlijk muur werk, doch hoofdzakelijk door stevige, van boven door een betonplaat verbonden contraforten, tusschen elk waarvan forsche raamstijlen zijn opgemetseld; de opening tusschen ieder dezer raamstijlen is gedicht door glas in lood. Het samenstel van dit alles geeft een goede evenwichtsverhouding. Het gebouw wordt beheerscht door een kloeken toren, die nog aan schoonheid zal winnen, wanneer de wijzerplaten zullen zijn aangebracht. Aan dezen toren sluit zich aan een op twee baksteenkolommen rustend, uitgebouwd voorportaaltje, dat schaal geeft aan den toren, terwijl voor het schip der kerk zich aan iedere zijde uitgebouwde trapportalen verheffen. Dit alles geeft aan het geheele complex een fraaie schaduwwerking. COflÓI-SToRlL KAM o II - "PORTaai. popXaal U5S ra H postaal 02.1 PLATTEGROND

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Bouwwereld 1918-1923 | 1918 | | pagina 4